Dit Boerenzwaluw project loopt sinds 2006 in Zundert en in Rijsbergen sinds 2008.
In Zundert worden op 20 verschillende adressen naar boerenzwaluwnesten gezocht.
Door steeds elk jaar op de zelfde adressen te tellen krijgt men een inzicht of de Boerenzwaluwen vooruitgaat of achteruitgaat.
In Rijsbergen wordt op dezelfde wijze dit project uitgevoerd maar dan op 9 adressen.
Begin april druppelen de eerste zwaluwen terug uit hun overwinteringgebieden.
Vanaf half april tot in mei arriveert de grote massa.
Via een barre tocht van 9000 km heen en weer terug hebben overleefd,keren ze terug naar hun eigen broedplaats.
Het oude nest wordt hersteld en opnieuw in gebruik genomen,dit bespaart veel tijd en energie.
Beide ouders werken aan het nest,dat kan wel bestaan uit 2000 modderballetjes en daar weeft men wat gras,strootjes of paardenhaar door een.
Boerenzwaluwen broeden in boerderijen,schuren,loodsen en paardenstallen.
Vanaf mei tot augustus toe kan je deze zwaluw broedend aantreffen.
Meestal brengen ze twee,soms drie broedsels groot.
Gemiddeld leggen ze 4 a 5 eieren per nest en het vrouwtje broed alleen.
In de drie weken dat de jongen in het nest zitten worden door beide ouders wel 10.000 insecten gevangen voor hun kroost.
De boerenzwaluw is een zeer milieuvriendelijke insectenbestrijder.
Een zwaluw eet wel 50.000 vliegen,muggen en andere insecten per week.
Helaas is de populatie met 50-75 % afgenomen.
Deze achteruitgang wordt voornamelijk geweten aan de schaalvergroting en intensivering van de landbouw.
Vanaf augustus,maar meestal in de tweede helft van september,vertrekken ze weer naar hun winterkwartieren in Midden- en zuid Afrika.